Tegen de tijd dat je dit leest, ik zal het in Barcelona voor het Mobile World Congress. Dat is een uur vliegen van Pensacola naar Atlanta. Nog 8 uur of zo naar Parijs. Nog een paar uur naar Spanje. Been there, done that, got the T-shirt. De reis is niet langer een noviteit.
Dat betekent dat het tijd is om achterover te leunen, te ontspannen en dood wat zombies.
Ik weet niet wat het is over Plants vs. Zombies 2 is dat wisten mijn ooit-tanende aandacht. Er zijn zo veel pick-up/neer games die er zijn, maar ik blijf terugkomen voor deze ene. Het is niet zo uitdagend meer — ik heb geslagen ieder niveau is er om te verslaan. Maar de “never-ending” niveaus houd mij om terug te komen op de opbouw van mijn rug voor de dag dat de ongrijpbare vierde wereld wordt uitgerold. En het is niet zo dat ik spinnen mijn wielen in die eindeloze niveaus. Ik speel tot ik beat — dat is het idee, natuurlijk. Op een gegeven moment je gaat om te worden overspoeld.
En wanneer de zombies eet mijn hersenen (en als ze dat doen dan is het meestal omdat van die verdomde Gargantuans), heb ik vaak het spel af te sluiten in afschuw, vroeg zich af waar ik ging dus mis in mijn leven.
En dan kies ik weer omhoog, en plant wat meer zaden.